Uw zorg

Radiologie zorgt voor innovaties in long- en leverziekten

Een kijkonderzoek waarbij de arts gps-gewijs door de longen wordt geleid en een nieuwe behandeling van leveruitzaaiingen: de interventionele radiologie en longziekten introduceren veelbelovende nieuwe technieken.

Computermodel van de luchtwegen

De klassieke techniek voor een kijkonderzoek in de longen is een bronchoscopie: de arts bekijkt de luchtwegen met een soepele kijkbuis waarop een minuscule camera zit. Daarmee kan hij echter maar een beperkt deel van de longen bereiken. Sinds kort is er een nieuwe techniek beschikbaar die dat probleem oplost: elektromagnetische navigatie bronchoscopie.

Interventioneel longarts dr. Reinie Wener: ‘Vooraf maken we een CT-scan van de longen. Die beelden stoppen we in een computermodel, wat resulteert in een reconstructie van de luchtwegen. Daarop stippelen we virtueel de weg naar het letsel uit. Tijdens het onderzoek, dat onder narcose gebeurt, ligt de patiënt in een licht elektromagnetisch veld: daardoor kunnen we een koppeling maken tussen de CT-reconstructie en de patiënt, waarbij merkpunten op de camera overeenstemmen met de reconstructie en het virtuele beeld. Het navigatiesysteem leidt ons daarop feilloos naar de plaats van de afwijking, een beetje zoals een gps in een auto. Terwijl we de kijkbuis door de luchtwegen leiden, volgen we de aangeduide ‘route’ op beeld.’

De techniek, die nu nog deels in onderzoek is, maakt het wellicht mogelijk om zowat elk letsel in de longen te onderzoeken. De longarts kan tijdens het onderzoek ook een stukje weefsel afnemen voor meerdere moleculaire DNA-tests. Vandaag is dat erg belangrijk, omdat het DNA van de tumor de sleutel kan vormen tot de juiste therapie. Met de nieuwe bronchoscopietechniek hopen artsen longkanker ook vroeger te kunnen opsporen.

Chemotherapie rechtstreeks in de lever

Ook bij de behandeling van leveruitzaaiingen en levertumoren speelt de interventieradiologie een almaar grotere rol. Een mogelijke behandeling is chemo-embolisatie, waarbij de arts plaatselijk chemotherapie toedient.

Interventieradioloog dr. Maarten Niekel: ‘Die therapie is recent verder ontwikkeld, waardoor we nu diverse soorten chemotherapie kunnen toedienen en we meer gericht kunnen behandelen. Concreet brengen we microbolletjes die geladen zijn met chemotherapie, via een katheter in de lever. Voordien werd daarbij onder meer gebruik gemaakt van het geneesmiddel doxorubicine (DEB-TACE). Maar nu kan de arts ook plaatselijk het chemotherapiemiddel irinotecan (DEBIRI) toedienen, wat vooral nuttig is bij galwegtumoren en uitzaaiingen van darmkanker. Recent onderzoek toont aan dat een geselecteerde patiëntengroep met die therapie beduidend langer kan leven.’

Lees meer in MagUZA